woensdag 21 maart 2018

21/03/2018 Bonjour, ça va?

We hebben vannacht prima geslapen op de banken.
We moeten nog eventjes bergop en daarna gaat het haast voor de rest van dag bergafwaarts, we dalen dan ook van 1300m terug naar een hoogte van 550m. Op de bergtoppen zien we verschillende ruïnes van wat ooit kasbah’s waren. Er leven hier ook nog meerdere berberfamilies in tenten.
Wanneer we door Marokkanen worden aangesproken is het heel vaak met dezelfde openingszin: bonjour, ça va?
Volgens de reisgids is Aït Baha niet veel meer dan een groot dorp waar er voor toeristen niets te beleven valt. Wij zijn het hier zeker niet mee eens. Aït Baha is een stadje waar de bevolking uit de wijde omtrek naartoe komt om zijn inkopen te doen, het gonst hier van de bedrijvigheid. Oude landrovers en minibusjes doen hier dienst als taxi’s naar de omliggende dorpjes. Er worden zoveel mensen als mogelijk in de voertuigen gepropt en alle gekochte waren gaan boven op het dak, zelfs enkele schapen worden er op vastgebonden indien nodig. We vinden het een van de meest fascinerende en authentieke stadjes die we al zijn tegen gekomen. We zijn blij dat we hier een overnachtingsplaats gevonden hebben en hier de ganse namiddag door de straatjes en over de markten konden wandelen.

De Kasbah van Tizourgane

Een berbertent

Alles moet mee, de passagiers in het busje, schapen bovenop het dak.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten